Israël onder de volkeren

81

R. Tam, die gedurende den tweeden kruistocht leefde, werd in dien bangen tijd niet gespaard. Woeste benden drongen zijn woning te Rameru binnen, vernielden een Thorarol en sleurden hem voort, om hem te dooden. Gelukkig kwam een ridder voorbij, die hem uit de macht der booswichten bevrijdde. R. Tam overleed in 1171, eenige weken na de vroeger beschreven ramp te Blois.

Engeland. In Engeland hebben zich niet zoo vroeg Joden gevestigd als in Spanje en Frankrijk; pas in de 8^8te eeuw vindt men eenig spoor van hen. In de ll^de eeuw verhuisden een aantal Joodsche gezinnen van Frankrijk naar Engeland, zoodat dit land een groote Joodsche bevolking verkreeg. In het eerst hadden de Joden het er vrij goed; zjj legden zich op den handel toe en verwierven groote rijkdommen. Onge-lukkig sloeg de Jodenhaat, waardoor onze geloofsbroeders in Frankrijk en Duitschland zooveel te lijden hadden, ook over naar Engeland. Op den dag, dat Richard Leeuwenhart te Londen tot koning gekroond werd, zonden ook de Joden een gezantschap, om den nieuwen vorst hun hulde aan te bieden. In plaats echter van hen vriendelijk te ontvangen, liet Richard zich door den aartsbisschop van Canterbury bewegen, hen uit het paleis te verwijderen. Het koninklijk voorbeeld vond gretig navolging bij de mindere klasse; een woeste bende toog naar het Jodenkwartier, vermoordde een groot aantal Joden en stak hun huizen in brand. Wel liet Richard de schuldigen straffen en verbood hij dergelijke gewelddadig-heden ten strengste, doch nauwelijks had hij het land verlaten, om deel te nemen aan den derden kruistocht, of de volkswoede Staal, Geschiedenis der Joden.

6