24 ERETS ISRAËL
De landstreek om Jeruzalem ziet men het beste van den Olijfberg, waarvan de hellingen, vroeger met olijf-bosschen bedekt, thans nagenoeg geheel kaal zijn. Aan den eenen kant ziet men de stad met de valleien en de bergen er om heen, naar de andere zijde de Doode Zee met het gebergte van Moab op den achtergrond. We zien ook den weg naar Jericho en het altijd groene Jordaan-dal. Dat alles schijnt in de onmiddellijke nabijheid te zijn en toch is het Moabgebergte meer als een dagreize van Jeruzalem verwijderd. Naast de vele kerken en kloosters op den Olijfberg is er ook nog een kapel met «^e graftombe van een Fransche prinses. Maar kloostêrs, kerken, moskeeën en graftomben, bij een zoo grootsche omgeving als hier verzinkt alles in ’t niet.
De reis gaat nu van Jeruzalem naar Jericho, we komen voorbij Bethanië, bekend uit het nieuwe Testament, en houden eenige uren rust in een Arabischen Chan (uitspanning). Men meent dat hier de plaats is, waar naar de parabel de ongelukkige man, die door roovers was uitgeplunderd, door den barmhartigen Samaritaan werd geholpen.
We gaan verder door een wild berglandschap en dalen langs een prachtige vallei af naar Jericho, dat in een heel vruchtbaar dal ligt met sub-tropischen plantengroei, bijna 300 meter onder de oppervlakte van de zee. Het oude Jericho moet veel uitgestrekter geweest zijn dan het tegenwoordige; men heeft daar onlangs