30
auto drie heeren zag zitten, waarvan de een de prefectensjerp droeg. De auto stond stil voor de pastorie, de prefect stapte uit, gevolgd door twee heeren en vroeg, kortaf:
„Is de pastoor thuis?”
„Mijnheer pastoor is op ziekenbezoek, maar ik vervang hem hier; ik ben de kapelaan. Willen de heeren niet plaats nemen, of binnen gaan?”
De heeren waren binnengegaan en hadden den kapelaan gezegd, dat hij zich op het ergste moest voorbereiden. Rusland mobiliseerde, Duitschland en Oostenrijk stonden gereed tot den langvoorbereiden aanval op Frankrijk.
„Ik wist, dat het komen moest,” zei de kapelaan, rustig en eenvoudig.
„Dan wist u meer dan de Quai d’ Orsay,” lachte de prefect uit de hoogte,” en u had ons waarlijk wel eer kunnen waarschuwen.”
„Wij hebben gewaarschuwd, maar ons woord is niet verstaan.”
„Dan moest u nu ons maar verstaan, dan is het alweer in orde. Bereidt uw gemeente er op voor, dat elk oogenblik, misschien vandaag nog, het bevel tot mobilisatie kan gegeven worden. Stel u in verbinding met het civiel bestuur en denk op dit oogenblik, dat er tusschen de beide besturen niet de minste wrijving meer mag zijn. Spreek de mannen, die uittrekken, toe en zoo u er niet te zwak voor bent, wat ik vrees, trek dan mee uit. Maar jullie zult wel liever achter jullie kapuin en jullie flesch wijn blijven zitten.”
„Ik zal mee uittrekken en mijn plicht als Franschman en als priester tot het einde volbrengen; onze sterkte is niet die van het vleesch en niet die van de stof, maar die, ontleend aan hoogere genade.”