84
En Pimm:
Wie vleit en likt,
Het beste bikt.
En Pinn:
Wien honger striemt,
Wordt eng geriemd.
Koning Mise, nadenkend, antwoordde:
De grootste dief,
Heelt ’t grootst gerief.
En Pill:
Het diefje klein,
Lijdt grootste pijn.
En Pimm:
Steel,
Haar veel!
En Pinn:
Steel een land,
’t Is geen schand,
Steel een touw,
Gjj hangt gauw!
Nadenkend hoorde Koning Mise toe en antwoordde:
Laat and’ren wagen,
Neem zelf de buit,
Zij kr|jgen de slagen,
Uw l|jden is uit.
Na deze beraadslaging bespraken de vier het schoone plan, dat zij wisten tegelijk in elks hoofd broeiend. In het woud van Gibick huisden gevaarlijke roovers, die wel wat aandorsten als er veel bij te winnen was. Hun weg voer nu door dat woud. Wanneer zij zich met de roovers in verbinding stelden, hun aanspoorden om Gise te overvallen -en te dooden en zich met diens schatten te verrijken, dan zouden zij in den buit kunnen deelen en voortaan van alle vernedering bevrijd zijn.
Koning Mise bleef opzettelijk met zijn karretje achter, doende alsof zijn ezeltje niet meer voortkon, hoewel het