70
ZEVENTIENDE TOONEEL.
VORIOEN. SWANHILDE, HIDALGO. SWANHILDE.
O, menschen help! . . . . Hier is wat ergs geschied, Wij vonden Pierlala dood in het riet.
HIDALGO.
Hij weende naar zijn beeld, viel in den vloed ....
En zoo verdronk de arme, bleeke bloed.
CLASINA.
Weg kroon — weg mantel! Weg met goud en eer....
{Zij gooit mantel en kroon af). HIDALGO.
Hier is zijn roos — uw dichter leeft niet meer. CLASINA.
Goud brengt geen heil en liefde brengt slechts smart, Vaarwel .... ik sterf aan een gebroken hart ....
{Zij sterft in de armen van haar moeder). KATRIJN.
Die eens U droeg met pijnen onder 't hart,
U voedd’ als wichtje met het eigen bloed,
Draagt nu in d’armen moeders grootste smart,
O wreede dood, gij eind van ’t leven zoet,
Nu eenzaamheid wordt onzer grijsheids deel,
Ziet aan, een knop — gebroken op haar steel.
JAN KLAASSEN {rukt het zwaard uit Berlino’s handen).
{tot Berlino)
Sterf gij op ’t lijk — geest, die geen geest wou geven.
{Hij doorsteekt Berlino, die neervalt in de armen van Hidalgo).
Blijv’ dood, lang dood .... {tot het publiek) Gij allen blijft lang leven!
{Scherm).