84
Derde Tooneel.
Vorigen. Schoppenheer, Ruitenheer.
SCHOPPENHEER (Ruitenvrouw wegrukkend)
Wat, wilt gij wel mijn vrouw met vrede laten 1
RUITENHEER
(Schoppenvrouw wegrukkend) Wat, wilt gij wel mijn vrouw met vrede laten!
SCHOPPENHEER
Wat Ruitenheer, die handelwijs eischt bloed,
(trekt zijn zwaard)
RUITENHEER
Ei Schoppenheer, en d’uwe overmoed!
SCHOPPENHEER
Laat overmoed met overlafheid strijden,
Tot dat in ’t strijdperk blijve een van beiden!
(Allen strijdend af.)
Vierde Tooneel.
Schoppen Zeven, Jolly Joker. SCHOPPEN ZEVEN
(Hij heeft, verborgen liggend tegen een zuil, alles gezien)
Daar is de schooier weer — foei, wat een nacht!
Een vogel heeft zijn veeren en zijn nest,
Een roofdier heeft zijn hol, een mol zijn gat,
Maar ik, een zoon des menschen toch — ik zwerver,