66
U alles ... alles, eer en laad en kind'ren,
Mij zelf... en gij, wat geeft gij mij terug .., ?
Niets... en dus moet ik u weer alles nemen .. .
Het liefste dood ... het gulden Vlies gebroken, Daardoor voor altoos van zijn macht beroofd,
Maar nog wat bracht ik.... dat ook zal ’k u nemen.
(Zij snelt op Andra toe, die de kinderen vast houdt)
JASON
Red de kind’ren, Andra, red de kind’ren!
(Andra met de schreiende kindren af.)
MEDEA
(nasnellend)
Schrei niet, gebroed... hier, dat stilt al uw schreien. ANDRA (komt alleen terug)
O meester.... wee, ze zijn in ’t hart gestoken,
Bn 't lauwe bloed vloeit lekkend langs mijn arm,
Die zij in doodsangst rochlend, nog omklemden, Gevloekt het land, gedrenkt met kinderbloed!
(af)(Medea is onderwijl teruggekomen.) JASON
(zijn zwaard trekkend en op Medea toestootend.) Onzalige... ik dood u hier bij hen. ..