184
JOLLY JOKER
Straks moordenaar en bedelaar en nu,
Twee uitgezóchte gentlemen, mijn heeren,
Een arme zotskap, die eens liefde derfde.
Vraagt u de derde in uw bond te zijn,
Wat haér ontbrak, dat wil zij andren geven.
SCHOPPEN TIEN
Mevrouw, dat heet ik eerst een heilig leven
(biedt haar den arm)
SCHOPPEN ZEVEN
Haak in, je wordt de bruid van Schoppen Zeven!
(Alle drie gearmd af)
Tweede Tooneel Ruitenheer. Ruitenvrouw.
RUITENHEER
Mijn lieve vrouw, ik moet je wat bekennen.
RUITENVROUW
Mijn lieve man, ook ik heb wat op ’t hart. RUITENHEER
Ik heb vannacht gedroomd van onze jeugd.
RUITENVROUW Zoo ik, mijn allerliefste, brave man.
RUITENHEER Dat was de toon, lieve herinnering,
Ik bid je, zeg die woorden nog eenmaal.