130
Wat goede onderdanen gij wel zijt,
En zeker zal u een belooning wachten.
BANCO
Neen heer, meld het hem niet, wij smeeken 't u,
Wij wezen u den weg — verraad ons niet,
En zeg geen woord van deze, uw’ ontmoeting.
MAGIËR
Dat is de hoogste burgerdeugd, den koning In ’t harte dragen — en geen loon verwachten.
BANCO
Ik bid u Heer, ach wilt ons niet verachten,
Gij zult den vorst in rouw en smarten vinden,
En daarvan dragen wij de schuld. ..
CARTOLINA
Neen Heer,
Niet wij — het is de schuld der koningin,
Die onze liefde wenscht te zien verbroken..
MAGIËR
Veel landen heb ’k doorreisd, maar geen als dit, Waar ’t vorstenhuis zich mengt in ’s beed’laars huw lijk, Maar wellicht is het wijs, als armen huwen,
Lijdt al te spoedig een gezin gebrek.
Daarom — hier neem dees beurs, dan zijt gij rijk,
En past uw huwlijk in dit koninkrijk.
BANCO
Eerwaardig grijsaard, neen ’t is niet om goud,