Dramatische werken: Medea, De bron der jeugd, De gijzelaars

Titel
Dramatische werken: Medea, De bron der jeugd, De gijzelaars

Jaar
1914

Overig
Verzameling van drie toneelwerken

Pagina's
340



120

SCHOPPEN ZEVEN

Heer deze rok heb ’k met een prins geruild,

Hij toont zijn afkomst nog, hoewel vervuild.

MAGIËR

’t Beeld van zijn drager, want gij zijt een prins.

SCHOPPEN ZEVEN

Geloof mij Heer, ’k heb honger, geef mij wat.

MAGIËR

Wat zal ik geven aan een man als gij,

Die zooveel heeft behouden en zoo weinig Ingeboet...

SCHOPPEN ZEVEN Gij spot met mij — dat’s wreed. MAGIËR

Nu laat eens hooren wat gij hebt verloren ?

SCHOPPEN ZEVEN

Heer, ’t landgoed van mijn vader, veertien akkers, Een stal vol vee, vier koetsen, zestien paarden, Een schrijn juweelen, zeven zakken goud.

MAGIËR

Niet meer ?

SCHOPPEN ZEVEN

Grijsaard, hoe rijk moet gij wel zijn, Wanneer gij dat nog alles telt voor niets.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition).
Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen.


Weergave
Afbeelding / Tekst (OCR)

Alle boeken in deze digitale bibliotheek kunt u gratis lezen of downloaden. Met een vrijwillige donatie helpt u ons met het in stand houden en verder uitbreiden van de bibliotheek. Klik hier als u een bijdrage wilt overmaken.