27
Doch de blonde man wenkte onstuimig, dat zij met het orgel zouden ophouden en spoedig weggaan....
De dalfer begreep nog niet. Maar de zanger, die den naam op de deur had gelezen, begreep het maar al te goed.
.Hij wil dat we ophouden____ hij kan het niet
verdragen____”
„Wat zalle me nou hebbe....”
„Lees dan man____daar woont Mengelberg....”
Ze kruiden het orgel verder.
„Wie is dat nou, die Mengelenberg?...”
„Da’s óók een echte muzikant.... net als ik ... en die kan het ook niet verdragen....”
„Barst!” riep de dalfer gemoedelijk, „da’s je ware. Nou gane wij voor alle echte muzikanten d’r woningen speulen.... kè jij de adressen?”
De zanger kende ze.
Ze gingen naar het huis van Albert van Raalte. Die had juist Wagner gerepeteerd en zijn ooren waren nog niet zuiver.... Hij schoof het raam met geweld op en wierp een naakten rijksdaalder op straat.
„Weg, weg____in een minuut____in een seconde____
ik heb al te veel „Ohrenschmaus” genoten vandaag...”
De dalfer en de gesjochte jongen lachten. Zij dansten haast achter het orgel, dat zij met een vaartje wegduwden. Maar de zanger vond het toch eigenlijk ongepast.