Kalverstraat

Titel
Kalverstraat

Jaar
1905

Pagina's
368



Hij tuurde weder naar de schutting schuin aan de overzijde. L)e schilder had een paar letters wit op blauw er bij gepen seeld. «Zaterdagavond opening ...» las David de Leeuw . . .

Hij leunde opnieuw tegen de deurpost van zijn winkel, voelde zich benauwd, als iemand, die zoodra zou moeten overgeven. Lusteloos keek hij in de straat. Dat was het druk gaan van men-schen van eiken dag. Hij keek de menschen niet anders aan. dan met het oog van den zakenman. Twintig jaren was hij nu al in het vak, in het rotvak, het vak, dat bij alle moeite geen brood gal. Toen hij begonnen was, toen het nog een nieuwtje was, toen ja ... . toen ja ... . toen was er goud in te verdienen geweest [e liep een winkel in, je kocht een jas of een costuum naar je maat, je betaalde en je was klaar .... Maar dat was 't eerste vleugje geweest. De fijne man had gauw genoeg gehad van confectie, 't Zat altijd slecht, t Was nooit van goede kwaliteit. De fijne man had weer naar maat laten maken. Toen was 't alleen kindergoed geweest en kleeren voor den minderen man, die nog gingen. Kindergoed ! Drek, kindergoed. Niks aan te verdienen. Veel werk voor den werkman, bijna zooveel als voor een groot stuk, moeielijk verkoopen. omdat menschen die voor kinderen koopen. t altijd zuinig doen. Geen rooien heller aan te verdienen.

Toen, in de provincie stad, was zijn winkel verloopen. God, God in den Hemel, wat een tijd. Zijn doodsvijand wenschte hij zoo een tijd niet toe. Allemachtige God, hoe was hij het te boven gekomen. Op een morgen was hij opgestaan met het vaste voornemen zich te gaan verdrinken. Zes kinderen waarvan de oudste twaalfjaar. Een vrouw, die nebbisj haar best deed. Ache nebbisj, wat deed Stijntje haar best.... de kamers verhuurd aan studenten.... en alles zelf met één meid.... en elke maand hém de huur gegeven, verdiend....

Het radertje vóór in zijn hoofd stond opeens even stil. Aan de overzijde was de schilder op zij gegaan. Twee andere schilders brachten een groot, houten bord binnen. Schuin hield David het hoofd om te lezen. Daar stond blauw op wit: «A la ville de Londres» ....

«. . . . A la ville de Londres» .... Het radertje achter zijn voorhoofd snorde weer voort, 't Was alsof het kèrfde in zijn hersens.... In de provinciestad was het precies hetzelfde ge

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition).
Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen.


Weergave
Afbeelding / Tekst (OCR)

Alle boeken in deze digitale bibliotheek kunt u gratis lezen of downloaden. Met een vrijwillige donatie helpt u ons met het in stand houden en verder uitbreiden van de bibliotheek. Klik hier als u een bijdrage wilt overmaken.