IO HET GEHEIM VAN POLICHINELLE.
Doris.
Ik ben maar een boeremeid, ik kan geen letter schrijven of lezen. Ik heb nog nooit een brief weggestuurd. Maar melken kan ik als de beste. En kaas maken. En onze bongerd is de mooiste van het heele dorp. Als Kadmus terugkomt, breng ik je boter en kaas. En haaien. Hou je van haaien .. met spek?
Encanto.
Flaaien, zeg je? Flaaien met spek? Op den heelen Olympus is er geen dichter, die zooveel van pannekoeken houdt als ik.. mèt en zonder spek.
Doris.
Is de brief nou af?
Encanto.
Op de onderteekening na ... zet je drie kruisjes maar hier ...
Doris (na geteekend te hebben).
Zoo, stuur hem nou maar gauw weg.
Encanto.
Uitstekend. En waarheen?
Doris.
Nou dat is ook een vraag. Naar Kadmus.
Encanto.
En waar is zijn adres? Waar woont-ie?
Doris.
Dat is nou ook wat moois. Als ik dat wist, was ik toch zelf naar hem toegegaan en had ik jou niet zoo’n duien brief laten schrijven.
Encanto.
O, vrouwelijke logica!
Doris.
Volgende week als ik weer in stad kom, mot je zorgen dat het antwoord er
is ... dan breng ik de haaien voor je mee ... en boter en kaas___Je moet
maar goed naar hem uitkijken. Kadmus is de man, die op de markten de poppenkast vertoont... Nu ken je hem wel. (weggaand, aarzelend terugkomend) Halt... schrijf nog onder aan den brief... Kadmus, lieve Kadmus, schrijf me terug waar je woont. Dan vlieg ik naar je toe ... en ik zal je kussen van liefde... overal zal ik je kussen van liefde... (over zijn schouder). Je laat hem toch niet merken, dat ik naar hem verlang ? Wacht als ik hem maar eerst weer heb. Dan zal ik hem leeren driftig en jaloers te zijn zonder oorzaak... Tot ziens schrijver... (af).
Vierde Tooneel.
Encanto, Barbero, Barberina.
Barbero (naar buiten komend).
Wat zie ik? Encanto gebogen over zijn tafel? En voor hem ligt niets