37
overigens amuseerde hij zich best te Berlijn. Alleen moest hij een beetje aan het gewoel wennen. Hij was werkelijk verwonderd geweest, dat juffrouw Straning endelijk eens naar Amsterdam was gegaan om eerzaam een eerzame tante te gaan bezoeken. „Vond zij dat niet een te groote inbreuk op haar smart-leven ?....”
„Leonard is ondeugend Adrienne . . .
„Hij is nog jong, mevrouw!”
Dus hij dacht nog aan haar en het bittere van zijn toon bewees, dat hij jaloers was. Moeder, die haar brieven aan den eenigen zoon zoolang mogelijk maakte, pende alles getrouw over wat in het kleine, provinciale kringetje van haar leven voorviel. Het middel van haar Amsterdamsch reisje werkte. Zij kon het vaker toepassen. En acht dagen later vroeg zij opnieuw verlof om naar haar tante te gaan, die sukkelde en om hulp verlegen was.
„Het is eigenlijk wel een moeielijke positie voor mij mevrouw, want zij is altijd op goeden voet met mijn man gebleven, die haar zelfs nog wel bezoekt. Maar u begrijpt, dat tante wel zorgen zal, dat wij elkaar nooit zullen ontmoeten.”
Leonard, nu ver van Adrienne verwijderd, begon hoe langer hoe meer zich er bewust van te worden, dat hij zeer verliefd op haar was. Het zal alleen zinnelijk zijn, meende hij. Je zit daar in Nijmegen zoo hoog en droog. Ik moet het er maar uit zien te fuiven.
Hij sloot zich bij een aristocratische studentenclub aan, begon alleen voor zijn verzet te leven, speelde, dronk, reed veel, maakte pret in nachtcafés en knoopte liaisons aan in de Halbwelt.