pap meer toebedeeld, uitgezonderd maaglijders, die vanzelf al onder het normale gewicht zijn. In de s-barak is ook een lijst gesprongen.
Twee grappenmakers, die een loopje namen met alle mogelijke lijsten, die de ene na de andere gesprongen zijn, hebben een Lau-Man-Tinnef-lijst ingesteld. (Lau-Man-Tinnef is bargoens. Het betekent zoveel als: Niks man, rommel). Nieuwe s-gevallen, die werden binnengebracht, werd deze lijst voorgesteld en aangeprezen als de beste lijst, die grote kans gaf uit de s-barak te komen. Maar: voor wat hoorde wat. Inlichtingen, volledig, werden slechts gegeven tegen de prijs van een sigaret. De geijkte prijs voor elke dienst van enig belang of moeite. Menig binnenkomende s-man vloog erin en offerde. De houders van de lijst maakten soms goede dagen: een dag van zeven sigaretten winst staat geregistreerd. Tot de fatale dinsdag kwam en zij op transport moesten. De lijst was gesprongen. De mens wordt hier gemakkelijk boef. Geef een mens de macht en hij maakt er misbruik van. Gemakkelijk. Geef een mens een stok in de hand en hij slaat wanneer zich de gelegenheid voordoet. In Amersfoort sloegen gevangen Christenen, die van de Duitse autoriteiten de vrijheid hadden gekregen een stok te dragen, Joden, die naar hun mening niet hard genoeg werkten, niet snel genoeg liepen. Een der bedrijfsleiders, een Hollandse Jood, vroeger lompenhandelaar en opkoper van lommerdbriefjes, drijft ons op bevel van de Duitse s s voortdurend aan tot arbeid. Hij is van de Duizend-lijst en streeft ernaar, daarop te blijven en, inplaats van naar Auschwitz, naar Theresienstadt te worden gezonden. Daartoe dient in de eerste plaats de produktie op peil te blijven. Dat denkt hij tenminste. Eergisteren viel hij uit: ‘Jullie zitten hier om te werken. Wie niet werkt, moet het zelf maar weten.’ Vandaag viel hij uit: ‘Mijn geduld is uitgeput. Het kan me niks schelen, maar ik slinger jullie allemaal op de bon; ik wil voor jullie niet op transport.’ Vandaag heeft hij een vrouw, die geweigerd had schoonmaakdienst te doen in een van stof wemelende barak, omdat zij <een> ontstoken keel heeft, bij de od aangegeven.
Zij is opgeroepen wegens dienstweigering. Men zegt hier verachtelijk:
Joden onder Joden. De bedrijfsleider staat bekend als een plebejer.
Hij denkt en leeft primitief. Daarvoor is hij een plebejer. Men spuwt op hem, omdat hij zijn part zo goed speelt. De zaalleidster is ook niet zuiver.
De vrouw van een leraar Frans. Ook op de Duizendlijst. Iedereen komt hier in een blauwe overall. Zij draagt iedere dag wat anders: een blauwe pullover, waarboven een okerkleurige halsdoek; een bruin mantelpak, een rijbroek met kaplaarzen. Bepaald kek. Meniekleurig gezicht: de natuur een beetje veel geholpen. Uiterlijk snoezig, een zoet tongetje, als van een slang. Men vindt haar aardig. Maar intussen. Zij commandeert, zij speelt de partij van de Duitsers een aardig eindje mee. Eergisteren hadden we een krant bemachtigd, die we op een tafel voor in de barak
289