en op de openbare weg, hielden verkleedpartijen in sommige barakken. Levendige debatten allerwege over de invloed van de capitulatie op de loop van de oorlog. Men koestert de hoop, dat de beraamde transporten nu niet meer zullen doorgaan, en betreurt de jongste transporten. Heerlijke rumoerigheid bij het te ruste gaan: opgewekte gezichten, kwinkslagen over het regiem van Hitler. De commandant heeft het Arische personeel in het kamp bijeengeroepen en in een toespraak het verbod uitgevaardigd, met de Joden in het kamp te verkeren.
De laatste maanden was het verkeer zeer vriendschappelijk geworden, was het trouwens altijd geweest. Hij heeft Badoglio als een Jodenvriend afgeschilderd, aan zijn verraad de nederlaag der Italianen toegeschreven. His master’s voice.
donderdag 9 september De kinderspeeltuin is gecompleteerd: er zijn twee rekstokken en drie hoge schommels bijgekomen. Tot laat in de avond wipt en schommelt de jeugd. Vanavond om half tien, bij heldere maan, speelden er nog kinderen. De halve maan stond vanavond als een dodemasker, wasbleek, tegen het vlokkig wit floers van de hemel. Oscar Wilde-sfeer, uit Salome. De zon was als een bloedrode ballon ondergegaan, in de eindeloze heide weggezonken, als in zee overhuifd door een eindeloze, diep blauwe hemel. Verblindend, huiveringwekkend. Later op de avond was de hemel in het Westen bedekt met vuurrode vegen, als vlammen van een onzichtbare brand, alsof de bloedrode ballon gebarsten was en de inhoud ervan ontploft. De luchten hier zijn fascinerend. Zij hebben een eigen leven: zij zijn eindeloos bewogen, kleurrijk, grillig, groots. Zij decoreren de eenzaamheid van het onherbergzame, mauve-kleurige landschap.
Jonge vrouwen en meisjes rijden kruiwagens met stenen door het kamp. Soepel gebouwde, gebruinde mensen in blauwe overalls, blootshoofds, met een rode halsdoek. Twintig, vijfentwintig, twee-aan-twee. In een slakkegangetje. Tien, twaalf stenen op de wagen. Om de honderd passen zetten zij de wagen neer en gaan er in zitten, lusteloos, of strekken er zich in uit, lui als in een fauteuil. Zo blijven zij tien minuten, een kwartier, een half uur staan. Zo komen zij de lange, vervelende dag door. Het werk is doelloos, nutteloos, zonder spanning, stom. De vrouwen en meisjes zijn levendig, zijn de opvatting toegedaan, dat zitten op de kruiwagen en rondkijken, of dromen, amusanter is dan hem te rijden, in ieder geval minder vermoeiend. De kruiwagen vervangt in het kamp overigens de bank. Overal vindt men lege kruiwagens, voor de grote barakken, voor de kleine barakken, in de bosjes, op het vlakke veld, waarop hij of zij, die op zijn gemak van de frisse lucht of van het schone uitzicht wil genieten, eenvoudigweg gaat zitten. In plaats van op banken, die er
154