Van sikkel en hamer

Titel
Van sikkel en hamer

Jaar
1932

Druk
1932

Overig
1ed 1932

Pagina's
160



88

aangevuld. De behoefte aan leerkrachten is voortdurend groo-ter dan het snel groeiende aantal leerlingen, de opleiding is kort en daardoor vaak ondeugdelijk. De lust om het staatsonderwijs als vak te kiezen is niet groot, omdat de salarieering vrij karig is: van 80—120 roebels, terwijl een vakarbeider het tot 350 roebel kan brengen. De honoreering van den intellec-tueelen stand bij de bolsjewisten is inderdaad niet roemenswaardig. Niet slechts dat de belangstelling voor het vak van onderwijzer en leeraar op het vriespunt staat, de neiging bij de onderwijzers om het opvoedersambt vaarwel te zeggen en over te loopen naar de beter betalende bedrijven, was juist bij ons verblijf in Rusland tot een kritieke hoogte gerezen.

De communistische partij heeft gemeend, een poging te moeten doen om de desertie te stuiten door te decreteeren dat de onderwijzers, wat hun voedselvoorziening betreft, moeten worden behandeld als gequalificeerde arbeiders, zoodat eerst-genoemden dezelfde voorrechten bij de coöperaties zouden genieten als laatstgenoemden. Als dit besluit is uitgevoerd, dan heeft het niet veel resultaat opgeleverd, want het verloop heeft aangehouden, en onlangs heeft het volkscommissariaat van onderwijs den betrokken organen last gegeven ervoor te zorgen, dat onderwijzers, die op eigen houtje het onderwijs in den steek hebben gelaten, ten spoedigste in de school terugkeeren.

Wat bij de ontwikkeling van het hooger onderwijs opmerkelijk is, is dat de stadsarbeider daarin een voortdurend grooter plaats inneemt. Terwijl de arbeiders op de scholen van hooger onderwijs in de vakken van nationale economie in 1927 nog slechts 38.2 percent vormden tegenover 14.6 boeren en 47.1 „anderen” — waarmede worden aangeduid degenen, die niet klasse-zuiver zijn — is deze verhouding in 1931: 63.7, 13.3 en 23 %. Alzoo: bijna een verdubbeling van de arbeiders, een geringe achteruitgang van de boeren, een halveering der „anderen”. Een soortgelijk beeld leveren de zoogenaamde technicums op: 1929: arbeiders 58.5, boeren 14, „anderen” 27.5%. 1931: arbeiders 73.2%, boeren 13.4, „anderen” 13.4 %. De bolsjewisten noemen dit „de verovering door de arbeidersklasse van de hooge school”, welke het verst is voortgeschreden in die onderwijsinstituten, welke studenten opleiden als industrieele specialisten.

De uitwerking van het onderwijs is in het openbare leven


Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition).
Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen.


Weergave
Afbeelding / Tekst (OCR)

Alle boeken in deze digitale bibliotheek kunt u gratis lezen of downloaden. Met een vrijwillige donatie helpt u ons met het in stand houden en verder uitbreiden van de bibliotheek. Klik hier als u een bijdrage wilt overmaken.