533. Ku. Is de ku hin, sol das kalb aach hin sein.
Is de koe weg, laat het kalf ook weg zijn. Bet: Bij een groot verlies moet men niet over bijkomstigheden spreken. Nascher. 51.
534. Ku. Maan ku hot uf saan schtal gestanden.
Mijn koe heeft op zijn stal gestaan. Bet: Hij hoeft niet zo’n praats te hebben. Ironisch gebruikt als iemand uit de hoogte behandeld wordt door een deftig of rijk iemand, met wie hij in de verte verwant is. Ook wel, als iemand zich op een dergelijk verre verwantschap beroemt.
535. Ku. Man hoult die ku aus dem schtal un macht die tier zu.
Men haalt de koe uit de stal en doet de deur dicht. Bet: Als men een bruid kiest uit een minder prettige omgeving, trek je van het laatste dan niets aan. Het gaat ten slotte om het meisje zelf.
J.J.V. 339. Az mi nemt arous die Ferd fin der Stal, meg min di Stal f ar brennen. (Nach der Hochzeit sind dem Ehemann die Schwieger-eitern gleichgültig). - Vgl. ook: Bernst. 233. As men hot arousg’ganwet di Küh, macht men dernuch di Schtal zü. Verklaart: Nach dem Schaden wird man klug.
536. Ku. Schmus mit der ku, wen sie hangt.
Praat met de koe, als ze hangt. Bet: Gedane zaken nemen geen keer. Schmusen denominatief van schmus. Zie 968. Ook bij Gl.v.H. schmusen-geschmus.
537. Ku. Wen die ku viel schommen hot, is der katzew e berje.
Als de koe veel vet heeft, is de slager een flinke vent. Bet: Als het geluk iemand meeloopt, schrijft hij of anderen het vaak aan eigen flinkheid toe. Schommen H. schuman = vet. Berje H. birja = schepsel. Jidd. = ,n flinke vent, ,n baas, ,n flinke vrouw. Vgl. voor berje V.P. 100. en Bernst. Glossar.
538. Ku. Wen die ganze ku cheilew is, is noch niks.
Als de hele koe vet is, is ,t nog niets. Bet: Als alles meevalt, is ,t nog niet de moeite waard. Cheilew = vet. H. chelew.
M.J.V. 1899. p. 141. Wen gur de ganze Kü cheilew is! - M.J.V. XV, blz. 106. Un wen der Ochs lojter cheilew wer. - Vgl. Bernst. 221.
134