dat men met het sterven van de ouders, ophield te betalen. Hiervan gevormd, jaarschenen - erven.
Tendlau. 770. - M.J.V. 1899, blz. 43, no. 21. A Jid jarschent (erbt) nischt. - Vgl. Bernst. 131. As men kümt nach jerüschu, müs men oft bezuhlen. di k’würu. (= de begrafenis). - Bernst. 126. Wüs jarsch'enen jüden? zurojss ün meriden (meriden verbasterd uit haemorrhoïden).
384. Jerösche. E jiddische jerösche vor de schpiegel gezeilt.
Var. e jiddische nedan enz.
Een joodse erfenis, var. bruidschat voor de spiegel geteld, dus dubbel geteld; wijst op neiging tot overdrijven. Vgl. e jiddische honderttausend en e jiddische neschieres. Nedan zie no. 738.
385. Jerösche. Taal erst e jerösche mit aanem, un sog dan: er is bekówed. Deel eerst een erfenis met iemand en zeg dan: hij is fatsoenlijk. Je kunt pas zeggen, dat iemand fatsoenlijk is, als je een erfenis met hem hebt gedeeld; d.w.z. als je hem in financiële zaken hebt leren kennen. Bekowed H. bechawod == met eer. Typisch - Jiddische vorm ״be”. Vgl. becheint, bemasel, bejiddisch etc. Zie inleiding § 5, 13.
386. Jewo'rechecho. Jeworëchecho mit ,n schiep nooch gebben. Jeworechecho met een sleep nagegeven. Blij zijn, dat iemand vertrekt. Vgl. Iemand het heilige kruis nageven. Jeworechecho H. Jewarëchecha-aanvangswoord van Priesterzegen. ״Hij zegene U" (Numeri VI, 24-26). Schiep = sleep. V.P. 162. - Tendlau. 361. Wie gern sag’t ich ,m jeworechecho nach. - Gl. v. H. Ed. K blz. 90. Was for ein birchas kouhaniem mir den lieben Kind hoben noch gesogt. - N.B. Bij Tendlau. en Gl. v. Hameln in gunstige zin bedoeld, in tegenstelling tot de Nederl. uitdrukking.
387. Jid. Der Jid fangt mit dem goj an.
De Jood begint met de niet-Jood. Afkeurend van een Jood, die zelf een conflict uitlokt vgl. het Engelse ״man bites dog”. De vorm Jude heeft in het m.h.d. de nevenvorm Jüde (met korte ü). Hieruit ont-wikkelde zich de vorm Jid, analoog aan het in de Achterhoek ge-bruikte Judde en het eveneens op korte u teruggaande, dialektisch voorkomende Jeude. Vgl. Schönfeld, p. 42. Tendlau. 373. - Weill 109.
106