44 Woordenlijst
zie besjollemen.
< jidd. mesjollemen: betalen. Nevenvormen in het barg. besollemen en met metathesis, besjommelen; besjoemelen met de beteke-nis: bedotten lijkt een nevenvorm van be-sjommelen.
< jidd. mezomme: geld.
(jidd. betoech = rijk; barg. goedaf, uit de brand.
barg. bedorven ziek; < jidd. pesoules = afval.
barg. koopje; contaminatie van jidd. bezol = goedkoop en zol(letje) koopje.
< hebr. < grieks, platform in de synagoge vgl. almemmer.
zie weigoochem.
volledig - sehen moss ich == ik moet het eerst maar zien voor ik het geloof; gezegde afkomstig van Amsterdams-Joods straat-type.
< jidd. boocher, jongen, ongehuwde jonge man.
barg. verbastering van bolleboos z.a. met de betekenis: baas, in het bijzonder direc-teur van een gevangenis of commissaris van politie.
barg. bazin, vrouw van de kastelein, iemand die in iets uitmunt: < jidd. balboos = heer des huizes, gezinshoofd, welge-steld gemeentelid.
( Spaans bollo, fijn broodje of misschien in verband met de ronde vorm van dit gebak van Spaans bola = bol; bolus is eigenlijk de meervoudsvorm van het jidd. bole. kerel, vent van jidd. boocher zie boger.
besjoemelem besjollemen
besomme betoeft, betoegd
bezoles
bezolletje
biema
bijgoochem blinde maupie
boger bollebof
bolleboffm bolleboos
bolus
broger brooche
Cabaal
< jidd. vooral in de combinatie mazzel en brooche = geluk en zegen.
zie kabaal.