23 Inleiding
Nibelungen stamde1. Ook de verdere verspreiding van het woord roddelen heeft veel aan hem te danken. In nsb kringen was dit woord zelfs deel van het partij-jargon. In de oorlogsjaren stamde uit die kringen een affiche waarop een muur was afgebeeld met de schaduwen van twee kletsende vrouwen en het onderschrift: ״Roddelen schaadt uw volk".
Stannes, stennis Het Jiddische sjtannes maken = argwaan wekken; sjtannes op iemand hebben = iemand niet vertrouwen. In het Nederlands heeft het de afwijkende betekenis: ״ruzie maken" aangenomen, wellicht onder invloed van standje (oploop, relletje, ruzie). Het is een volkswoord, getuige de barjuffrouw die ver-klaart: ״Om veertig pilsjes maak ik geen stennis2. Maar toch ook Prof. Dr. J. Pen heeft dit woord waardig gekeurd in zijn professorale vocabulaire te worden opgenomen, want hij schrijft: ״Niet alleen dat er een geweldige stennis binnen het nw is uitge-barsten, maar de explosie weerklinkt ook op andere plaatsen'5 27. Kowed daarentegen heeft zijn aloude betekenis: eer, eerbetoon, eerbied vrijwel behouden. Zolang het duurt tenminste. Want de oude, originele vorm raakt al in de verdrukking; kovet en kovert zijn hier en daar al te signaleren; Kronkel heeft zelfs in het Parool al geprobeerd het te verfransen tot covert, maar hij heeft plechtig beloofd zijn leven te beteren3.
Versteren Oud en vertrouwd in Joodse kring is het werkwoord versjteren = iemands plezier of vreugde bederven. In het Neder-lands een nieuweling, die nogal opgang maakt. Iets afwijkend van de oude betekenis vertelt iemand in Vrij Nederland: In ״mijn jeugd ging ik met een paar makkers de vergadering van de nsb versteren"4. Maar nrc Handelsblad keert geheel terug naar de oude paden met: ״We hebben nu sport; doch het plezier werd ons wederom versjteerd"5.
Koefnoentje Het is oorspronkelijk een afkorting van Jidd. /coscht wiks, alleen ironisch gebruikt, (de Hebreeuse letters koef = k en
1 Vrij Nederland resp. 14/5/1966 en 5/3/1966 en nrc Handelsblad 18/8/1973 waar Erik Jurgens lid tweede kamerfractie van de ppr zich in een ingezonden stuk ook van de term miesmachers bedient.
2 Het Handelsblad 16/3/1971.
3 Het Parool 29/6/1970.
4 Vrij Nederland 21/8/1965.
5 nrc Handelsblad 24/2/1973.