Met een theatraal gebaar bracht hij z'n hand naar z'n voorhoofd: 'Ach ja, natuurlijk, ik was even vergeten dat er alleen toén jodenvervolging was,' smaalde hij, 'en dat we nu enkel maar te maken hebben met wat risjes. Waar maak ik me druk over, wat kan dat nu voor kwaad?' Toen boog hij zich over de tafel naar haar toe en siste: 'Je moet eens ophouden met alsmaar over die moffentijd te praten. Luister nu eens naar wat ik zeg, ik heb het over de tijd erna, over de jodenhaat en jodenvervolging die na '45 nooit is opgehouden. Word toch eindelijk eens wakker!' Hij duwde zijn bord van zich af en foeterde voort: 'Hoe vaak moet ik je nog uitleggen dat door de politieke situatie in het Mid-den-Oosten, waarbij de opiniemakers Israël steevast aanwijzen als dé agressor in het conflict met de Pales-tijnen, dat daardoor de antisemieten, waar ook ter wereld, volop excuses in de schoot geworpen krijgen om hun jodenhaat weer openlijk te belijden. Deze tendens gaat onverminderd voort en daarvóór waarschuw ik je, omdat wij anno nu ook hier in Amsterdam te maken hebben met tuig dat zich met geweld van ons wil ontdoen. Maar dat zie jij natuurlijk niet allemaal zo, omdat jij je laat hersenspoelen door die David Cohen, die hofjood, die Uncle Tom, die halfzachte aanhanger van de stelling dat we door de Westoever bezet te houden alle ellende over onszelf afroepen.'
'Praat toch niet zo, ik laat me helemaal niet hersenspoelen,' verweerde Selma zich met een verontwaardigd gezicht. 'David is trouwens net zo bezorgd als jij om Israël, hoor. Bonny ook, maar ze hebben aan de andere kant ook begrip voor het verzet van de Palestijnen en vinden dat Israël hen een eigen staat onthoudt.'
Bram schudde z'n hoofd. 'Hoor je je eigen onzin
79