werd gesteld en op basis waarvan in 't geheel geen toekomstvoorspelling mogelijk was. Deze stelling moest hij met zijn uitgedokterde model zien te weerleggen, hoewel een uiterst ingewikkelde, toch geen onmogelijke opgave. 'Wat jij, moeder,' verbrak hij opgewekt de stilte waarin ze al een poosje voortgingen.
'Wat, ik?' vroeg Selma.
'Jij...? Niets. Ik zal je eens wat vertellen. Of, laat me je dit vragen: hoe zou je het vinden als ik me ging toeleggen op het profetisme?' Benieuwd naar haar reactie blikte hij schuin opzij naar zijn moeder, die zich aan zijn arm met snelle dribbelpasjes voort haastte.
'Ik ben niet in de stemming voor geintjes, Bram,' zei ze pufferig.
'Geintjes?' herhaalde hij verbaasd, 'ik zeg dit niet om lollig te zijn, ik meen het in volle ernst. Ervan uitgaande dat het profetisme de meest oorspronkelijk en krachtige uitdrukking is van de Hebreeuwse geest.'
'Hè, hou d'r over op,' onderbrak ze hem. 'Je kunt beter zwijgen en je adem sparen om vaart te maken.' Maar haar zoon, die haar met z'n lange benen eenvoudig bijhield, had lucht zat en ging op geanimeerde toon verder: 'Ondertussen kan ik natuurlijk gewoon m'n brood blijven verdienen als doctor in de wis- en natuurkunde. Net als de klassieke profeten uit het verleden deden, dat waren ook stuk voor stuk zieners die daarnaast in het dagelijkse leven gewoon een maatschappelijke functie vervulden. Neem bijvoorbeeld Amos, over hem verhaalt de Tora dat hij, op het moment dat ie gehoor gaf aan zijn roeping als profeet, schapenfokker en kweker van moerbijvijgen was. Wel, moeder, ik verkeer momenteel als wiskundige en als redacteur van het vakblad Annals of Mathematics in
10