26 DAGBOEKFRAGMENT.
Sole sauce Borel.
Tranches de boeuf réalistes.
Asperges en branches.
I Vol-au-vent Quérido-ien,
/ Sauce supérieure éternelle épique.
Homard Sprinkhuysen.
! Poularde Coupérus.
Compote théatral freule Lohman.
Pouding Verwey.
Fruits. Dessert.
Wij aten, zonder geestes-aanwezigheid — wij proefden in droomtoestand — kauwden bewusteloos — vriendelijk begnuifd door de collegiale gelaten zooveler gelauwerden. Over ons, prettig spelend met vork en mes, zaten Rensburg, Paap, Taco H. de Beer (Dl. II 335; Dl. III 139, 141, 274, 280, 302, 303, 461, 477,544» mijne dochter), Van Hulzen, Brom, Quérido, Davi-dofsky, mr. Van Hall, Robbers, Marie Jungius, Van Nouhuys, Laurillard, Lapidoth — in één woord, de meest gevarieerde bloem der letteren. Alle richtingen, alle partijen, alle verschillen zaten aan. Beduusd, een weinig onthutst, te in eens besprongen door de loflijke tuitingen van welmede de edelste mannen en vrouwen des lands, genoten wij van het voortreffelijk maal. Bij de pouding Verwey kwam er beweging. De toosten begonnen. Welnu, het is eenigszins pijnlijk betoost te worden. Men zit te zulker gelegenheid houdingloos te glimmen, sérieus 9n mosterdpot te bekijken, zenuwachtig te voetwie-belen. Als men betoost wórdt, plots de volrijpheid zijner deugden beseft, ondergaat men, meen ik, vooral bij champagne, de sensatie van ’n levend begravene die ónder het deksel z’n alleen-uitnemende hoedanigheden beluistert. Het is niet volstrekt pleizierig, al streelt het de ijdelheid die wij bezitten, liefste zus,