Schetsen, deel 13

Auteur
Herman Heijermans

Geschreven onder pseudoniem
Samuel Falkland

Titel
Schetsen, deel 13

Jaar
1897

Overig
1ed

Pagina's
263



63

„Verdikkie,” vloekte de sultan, die stilstond.

De vrouw met ’t goudhaar, werd wit als ’n doek, „Wel verdikkie,” vloekte de sultan en pakte de vrouw bij ’n arm.

Alle vrouwen kwamen 9r bij staan met bange gezichten. De kolendrager kreeg kippevel.

Want de sultan stond razend te vloeken, om ’n zwarten veeg op ’t gezicht van de vrouw met ’t goudhaar. „Verdikkie, hoe kom je d’r an?”

„’k Weet ’t niet”. ..

„Zei je niet liege?” .. .

’n Mes trok de sultan.

’n Mes van zilver, dat blonk als ’n spiegel.

Ze gilde en schreeuwde.

Toen wees ze naar achter, naar de zuil, waar de kolendrager, badend in zweet zat.

En de sultan vloog op, razend en schuimend van drift. En de vrouwen joelden en galmden.

En de kolendrager liep als ’n gek, als ’n hond. Maar de sultan liep harder, omdat de kolendrager niet zoo hard loopen kon op goud en op marmer.

* *

*

Nou lag-ie op z’n knieën voor den sultan.

Wat had die ’n haar op z’n voeten.

„Wie ben jij ?”

„Arie” ...

„Welke Arie?” ...

„Ach God... Je ken me toch wel... ’k Ben Arie uit de Hazestraat... in de Jordaan weet-je-toch wel?” ...

„Wat doe jij dan hier?”...


Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition).
Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen.


Weergave
Afbeelding / Tekst (OCR)

Alle boeken in deze digitale bibliotheek kunt u gratis lezen of downloaden. Met een vrijwillige donatie helpt u ons met het in stand houden en verder uitbreiden van de bibliotheek. Klik hier als u een bijdrage wilt overmaken.