ACHTER DE SCHUTTING. 63
Boven hing ’n juffrouw over ’n bloemrek, luisterend of we ruzie hadden.
Zulks was haar recht en haar plicht. Daarvoor ben je buur. ’n Goede buur luistert aan ramen of trap naarmate technische omstandigheden het medebrengen. Echter ter zake.
„As Frankrijk al last heeft gehad met Faschoda en Rusland in China vooruit wil en Duitschland ’r op uit is om kolonies te krijgen, dan motten ze, meneer. Dan is ’t ’r eigen belang, meneer. Dan kennen ze die moorden niet anzien, meneer. Want wat vandaag an de Boeren overkomt, dat overkomt morgen haarlui” ...
„Jawel! Jawel!”, zei ik bedaard — om er van af te komen. Contradictie is in politieke gesprekken gevaarlijk.
Hij, driftig, verkoos evenwel de Europeesche toestanden nader over de schutting uiteen te zetten. Snel belurkte hij z’n pijp, gromde ’r op los.
„ . .. . Die Schemberlijn dat is — dat is ’n boef meneer — dat is ’n schurk meneer. Die is enkel op de centen uit. Die most opgesloten worden. Met Frankrijk wil-die ook beginnen en as-die z’n handen vrij heeft met Rusland. Denk u dat de mogendheden dat niét inzien ? D’r is maar één middel: Ze motten de Engelsche havens blokkeeren met z’n allen en de Theems opvaren zooas wij in de voor-vorige eeuw hebben gedaan. Dan zou je is wat zien, meneer. Dan zou je de Engelschen is hooren roepen: laat ons asjeblief met rust. Maar dan doen wij ’t niet, meneer! Dan laten we ze ook is voelen wat ’t zeggen wil om te moorden en weerlooze meissies an te randen” ____
Ik schrikte van z’n dreigementen. Z’n stem kraakte driftig tusschen de huizenwanden.
Een paar spichtige populieren bij de sloot die