5« BINNENHUIS-IDEAAL.
„Ja, patroon.”
Opgeruimd begon de jongen den vloer te vegen, zorgvuldig alle haren in de hoeken bij elkaar peue-rend tot er een hoopje was van stof en haar. Netjes dee-die ’t op een stuk papier, dat uit het raam werd gesmeten. Dan ruimde-die de waschtafel op, sierlijk uitstallend den borstel-voor-iedereen, de kam-voor-iedereen, het vette, doorzweete, behaarde stukje cosmétique-voor-iedereen, de scheermessen-voor-iedereen en de blauwe spuitflesch van de dub-beltjes-heeren. Dan begon Pietje an z*n eigen toilet, smeerde dikke lagen cosmétique op z’n blonde haar, plakte ’t prachtig naar achter en ging Het Volksdagblad lezen, waarop patroon geabonneerd was. De baas lette heelemaal niet op ’m. Die zat nog slaperig bij het raam met de tien centen van de twee klanten in z’n hand. Als dat strakkies maar geen standjes gaf, dat gesoes.