GEMEENTERAADS- VERKIEZING. !25
In den stal hield-ie een geit en vièr k o n ij n e n. Pâârdengeliethebber is een weinig duur. Daarenboven was mevrouw er tegen. Met n paard krijg je ongelukken en belasting. Meneer dacht er evenmin aan. Die had de boekenstalletjes-tic. Geen boekenstalletje kon-ie voorbijloopen. ’n Boekenstalletje fascineerde hem, palmde ’m in. Ging-ie naar Amsterdam, dan zocht-ie in de Ouwemanhuispoort, sjag-gerde, dong, keerde terug met hééle pakken rommel en brochures. Hoe en wanneer de boekenmanie hem te pakken had gekregen weet ik niet. Wel kan ’k verzekeren dat de heer Hompelaar kocht om te kóópen, verzamelde om te verzamelen en geen sikkepit benul had van wélke studie-branche ook. De heer Hompelaar kwam thuis met theologische boeken — die hij nooit inkeek; hij kocht philosophische werken die hij netjes op rijtjes plaatste; hij sjouwde leerboeken over verloskunde mee èn studies over ’t zenuwgestel; hij verzamelde moderne en klassieke literatuur; hij bracht eene zonderlinge collectie bijeen, groen en rijp, kostbaar en waardeloos, de meeste met mooie bandjes. De voorkamer benee, geleek op de werkkamer van een geleerde — alleen wat tè netjes. Thans waren alle wanden der kamer met stellages betimmerd, net-geschilderde zwarte planken met groen laken en koperen pinnetjes. Te midden dezer eenigszins opzichtige geleerdheid stond een zware tafel met papieren, brochures, paperassen, plaatwerken. Er naast een massief bureau, beleid met geleerdhedens en met eene volledige Encyclopedie. Vóór het raam had je eene herhaling: ’n tafel met slordig-verspreide boeken, portefeuilles. Hoe kwam de heer Hompelaar, die in werklijkheid zelden andere geestlijke zaken verorberde dan teruggebracht kan worden tot de sfeer Cremer-Van Lennep-Walter Scott-Van Maurik-