Oorlog en Joden

Het is geneigd alles te aanvaarden wat beterschap in het vooruitzicht stelt, een vruchtbaar terrein voor den volksmenner, die gouden bergen belooft, die bovendien een kenner blijkt te zijn van de zwakke plekken der Duitschers; een stemmenvanger die zijn fluit op de juiste wijze weet te bespelen.

De crisis ging inmiddels verder; in vele symptomen uitte zij zich, sociaal-economisch zoowel zedelijke en geestelijke. Op vele verschijnselen, die deze crisis inluidden, kon men geen directen invloed oefenen, daar zij optraden in samenhang met de wereldconjunctuur. Een economische laagconjunctuur, met alle ellendige gevolgen daaraan verbonden, is al heel bizonder geschikt als voedingsbodem te dienen, noodig voor de giftplant van de Jodenhaat, die in zulk een puik bemeste grond snel wortel schiet en er welig op tiert.

De Jodenhaat, met zorg gekweekt, neemt, vooral in een ziek lichaam, den vorm aan van den steeds in omvang toenemende tumor; het gezwel dat zijn verwoestend, doodelijk werk feilloos verricht.

De meest geraffineerde, eenzijdige, schaamtclooze propaganda, zorgvuldig voorbereid en toegepast, zorgde voor de instandhouding van deze giftplant. De wee-makende goocheltoeren, de salto-morta-les, zie hoe ze de leugens aaneen rijgen.

De Joden, dat zijn die dikke afzichtelijke gedrochten, met hun gouden horlogekettingen als scheeps-trossen. Het klinkt van de straatsteenen tot aan de boomtoppen, de Joden! de Joden! de Joden! Het schreeuwt U toe vanaf groote spandoeken,

49