Huil niet voor de tijd gekomen is

Titel
Huil niet voor de tijd gekomen is

Jaar
1984

Pagina's
151



kijke je an, as het zieke wagentje komp en je zit met je zakkie appelsiene en je blommetje bij der bedde en je kan ze niet hellepe. Een mens heit toch ook hart voor een ander, voel-u-wel. En je mot daar van de andere ook alles meemake, op een zaal met dertig bedde. Dood zijn is niks, dan bêje bij je God, maar sterre-ve...’

Heb ik eigenlijk wel ooit goed over het sterven nagedacht? Ik leef en mijn ogen zien de mooie en lelijke dingen van het leven. No-maskers en Netsukes mochten mijn ogen zien, de veldbloemen en de sneeuw en het zachte gelaat van Rembrandts Hen-drikje Stoffels. Een zesendertig-delig tafelservies voor acht gulden zesenvijftig, een zit-slaapkamer met het foto-mausoleum van de hospita en beige, pluche-achtige tapijten moesten zij noodgedwongen ook aanschouwen, mijn ogen; maar ik zie, ik leef. De regen op het asfalt, de zon in een modderplas tussen de keien, de kwartjesbazaars en de kathedralen — goedheid en gemeenheid - Leven.

Het beige kleed (dat elke ochtend met natte theebladeren nagekropen werd - het was acht uur ’s ochtends en ik moest melk met vellen drinken en dan naar school) ben ik intussen al kwijt. Dat zal de werkvrouw op de een of andere manier meenemen, en ze prijst mijn goede hart er nog bij, de arme ziel. Zij kent het leven en het sterven en de ziekenzaal. Ik zal zuinig en spaarzaam worden en niet meer mijn bescheiden honoraria bij firma’s besteden, die toch nog goedkoper zijn. Voor een van die vriendelijke postwissels kun je de houtsnede van Jan Wittenberg krijgen, die hij van een geitje maakte. Dat geitje lacht een beetje en het is zowat pas geboren met fijne trillende haartjes - het leeft. Maar ik wil ook leven, ik wil niet sterven met andere mensen samen - met negenentwintig samen, zoals de broers van de werkvrouw - bomen van kerels - nog geen dertig jaar. ‘Een mens ken vlug wat krijge, voel-u-wel en dan is je speciaal en je boeljon en je sannetorium in de berrege je alles - wat een arm mens niet hep. Neem u nou dat doossie en doe je cente erin, en wees verstandig - wat hep u aan een geitje. As u nou weer es een

iió

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition).
Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen.


Weergave
Afbeelding / Tekst (OCR)

Alle boeken in deze digitale bibliotheek kunt u gratis lezen of downloaden. Met een vrijwillige donatie helpt u ons met het in stand houden en verder uitbreiden van de bibliotheek. Klik hier als u een bijdrage wilt overmaken.