Joodse godsdienstleer voor de jeugd

14

(בדת), door den Eeuwige met ons gesloten; die ons iedere week God als den Schepper van alles voor oogen stelt (זכר למעשה בראשית) en ons aiie onze gewone bezigheden doet vergeten, om in rust (מנוחה) en godsdienstige verlustiging (ענג) te leven en veel tijd aan ׳t gebed en de beoefening der heilige geschriften te wijden.

Het is onze dure plicht, om uiterlijk des Vrijdags ons op de komst van dien goddelijken dag voor te bereiden door reiniging van het lichaam, het aan-trekken der Sabbath-kleederen, feestelijken tooi on-zer woningen, het opleggen van andere tafelkleeden en het ontsteken van minstens twéé Sabbath-lichten (הדלקת נר שבת) — zoo mogelijk — door de vrouw

T “    ” I ־ T : ־־

des huizes.

De Sabbathrust begint reeds vroegtijdig vóór het invallen van den nacht, ongeveer ter zelfder tijd, waarop in de synagoge het middaggebed wordt uit-gesproken (זמן מנחה).

Om iedere vertraging van den Sabbath te voor-komen, is het ons verboden, op Vrijdag met bezig-heden te beginnen of reizen te ondernemen, die niet bepaald vroegtijdig vóór het begin van den Sabbath zullen geëindigd zijn.

19.

De Sabbathmaaltijden.

Op Sabbath' zijn wij verplicht, drie maaltijden te