God

Titel
God

Jaar
1930

Overig
een gedicht

Pagina's
93



Zoo zal het worden, wanneer gij Poeeten, die de schoonheid zoekt,

Haar dienen wilt, wijl uwe hand boetseert D’onzichtbare, die in uw hart ronddwaalt, —

Haar zien zult in haar allerhoogste klaarheid, Kameraadschap

Zoo zal het worden, wanneer gij Verbetenen, die nu het nieuwe woord Hoort kloppen aan de poorten van uw denken,

Uzelve openstoot en binnentreedt,

De sterke sfeer der wijde kameraadschap.

Zoo zal het worden, wanneer gij O neergeknielden, bukkend voor een God Dien gij niet kent, dewijl gij knechten zijt,

Voelt in uw hart het gisten van een vlam,

En een gelijke, opstaat voor uw Godl

Zoo zal het worden, wanneer gij.

94

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition).
Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen.


Weergave
Afbeelding / Tekst (OCR)

Alle boeken in deze digitale bibliotheek kunt u gratis lezen of downloaden. Met een vrijwillige donatie helpt u ons met het in stand houden en verder uitbreiden van de bibliotheek. Klik hier als u een bijdrage wilt overmaken.