God

Titel
God

Jaar
1930

Overig
een gedicht

Pagina's
93



O 't vele bloed dat vloeien zal, voordat Gij staat geboren, lichtende Gemeenschap,

Uwe aankondiging vernamen wij.

Nog niet ontvangen is van u het zaad,

En reeds siddert de menschheid, aarde zal Zegt zij, worden bedekt met menschenbloed.

Wees stil menschheid, wees stil, en leef gerust, En baar, wat gij tot heden hebt gebaard,

Oorlog en moord, doodslag, en razernij.

Wees niet bevreesd, de tijden liggen ver,

Nog niet ontving de moederschoot het zaad,

Er wordt van Communisme slechts gesproken.

En de voorloopers, verkondigers der wet Van kameraadschap op de kleine aarde,

Zijn klein geworden, krepel, en zeer stil,

Van hier, van daar, hun machtelooze woord Tracht nog wat zuivere menschen te bereiken, — Men hoort ze niet, hun roep valt in den wind.

Er wordt geluid van Godsdienst, Vaderland,

En uitverkorenheid, en dichterschap,

En zelfaanbidding; Er is hoog rumoer.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition).
Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen.


Weergave
Afbeelding / Tekst (OCR)

Alle boeken in deze digitale bibliotheek kunt u gratis lezen of downloaden. Met een vrijwillige donatie helpt u ons met het in stand houden en verder uitbreiden van de bibliotheek. Klik hier als u een bijdrage wilt overmaken.