Liederen der gemeenschap, Tweede deel der liederen

Titel
Liederen der gemeenschap, Tweede deel der liederen

Jaar
1918

Pagina's
91



Ben ik de klank die door de luchten relt, —

Zij wist zich niet, ik heb haar toch gemeld. —

Ik zag haar niet, ik hoorde maar alleen Haar voeten treden door de luchten heen;

Toen liep zij weg, door de eindloosheid bekoord; Ik haalde haar in; nu ligt zij in mijn woord.

Ben ik de boom, — hij werd in mij geplant Toen ik met oogen opzag tot het land ;

Hij staat van sappen vol en gele harst,

En aan zijn tak een witte vrucht uitbarst;

Ik voel hem zwellen naar de luchten toe;

Hij is aan mij gelijk, hij weet niet hoe.

Ben ik de zon, — aan den verschrikten nacht, Werd van den einder bevend licht gebracht;

Een wenteling door-zong het hemel-rond,

De luchten werden geel en goud en blond;

Daar schalt de zon, hij dondert door het dak;

Ben ik de zon, daar in mij licht uitbrak.

7

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition).
Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen.


Weergave
Afbeelding / Tekst (OCR)

Alle boeken in deze digitale bibliotheek kunt u gratis lezen of downloaden. Met een vrijwillige donatie helpt u ons met het in stand houden en verder uitbreiden van de bibliotheek. Klik hier als u een bijdrage wilt overmaken.