TWEEDE BEDRIJF.
Dezelfde tooneelschikking van het eerste Bedrijf. Zwakke zonschijn tegen neergelaten gordijnen. Een licht van de gaskroon brandt.
EERSTE TOONEEL.
Charles, Hendrika, Charlotte.
Hendrika: (met een presenteerblad met glazen sherry, glazen port, en koppen bouillon — tot Charlotte, die een presenteerblad met koppen koffie draagt — beiden komend uit rechter-achterdeur) Nou, Charlotje, zou je de deur willen openschuiven?
Charlotte: Da’s makkelijker gezeid as gedaan, ’k Heb óók m’n handen plentie-vol. En as ’k stort, krijg ’k óf ’n replement van meneer Arrestiede, óf meneer zelf kijkt me met z’n oogen me graf in... Toe, jongeheer, as je dan niet mee wil eten, maak je dan is verdienstelijk ...
Hendrika: Toe, Sjarles! Leg je boek nou is neer... Jij ben ook liever lui as moe... (Charles, die in ’n stoel bij den haard gebogen, heeft zitten lezen, strompelt op, schuift de glasdeuren open. De achterkamer met een lange gedekte tafel, waaraan de familie met verschillende heeren gezeten is, wordt zichtbaar. Zij zwijgen allen, doen ernstig) ... ’n Glas sherry of ’n glas port, meneer Spoor? Of ’n kop bouillon? (de heer Spoor antwoord: „Nou, as ’tu 11 zelfde is, liever ’n glas port... ’t Was buiten koud, en dan heeft je maag. . .” Terwijl hij spreekt komt Mevrouw in voorkamer, en schuift de deuren achter zich dicht).