De opgaande zon

Titel
De opgaande zon

Jaar
1908

Druk
1932

Overig
4ed

Pagina's
176



46    EERSTE    BEDRIJF,    VEERTIENDE    TOONEEL

op 'n zonnigen dag, lekkertjes schoon-gepoetst, op al de huizen van de stad zien kon, hielden je oogen 't niet uit!

Jensen:

Ik zei u met 'n half woord, dat wij bij de verbouwing heel graag één monumentaal front zouden willen hebben .... Ik kwam u polsen....

M a t h ij s:

Of ik m'n boeltje wil pakken? Nee, collega.

Jensen (glimlachend) :

. . . Dan moeten we u inmetselen.

Mat h ij s:

Ik zal 't u niet beletten.

Jensen:

Ik weet niet of u voor goeden raad vatbaar is... . Mathijs:

Hahaha! Opmerkelijk hoe je soms in 'n gesprek allebei 't zelfde tegelijk zeggen wil!

Jensen:

Ik luister met genoegen. . . .

Ma th ij s:

De oogen van 'n mensch zijn doorgaans, doorgaans grooter dan z'n maag. . . .

Jensen:

En omgekeerd.

Ma t h ij s:

De oude Babyloniërs — let op: soms nog komt de dominee uit m'n mouw! — vereerden ’n groo-ten draak. ,,Geef mij verlof, o koning, dan wil ik den draak dooden zonder zwaard of stok”, zei Daniël — en 'n gebak van pek, vet en haar stak-ie




Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition).
Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen.


Weergave
Afbeelding / Tekst (OCR)

Alle boeken in deze digitale bibliotheek kunt u gratis lezen of downloaden. Met een vrijwillige donatie helpt u ons met het in stand houden en verder uitbreiden van de bibliotheek. Klik hier als u een bijdrage wilt overmaken.