44 EERSTE BEDRIJF, VEERTIENDE TOONEEL
(Mathijs knikt stug) U had dominee willen
worden. . . .
M a t h ij s:
Ja. Jammer dat 'k 't niet werd — dien eenen dominee komen we net te kort. En verder?
Jensen:
En verder ?
M a t h ij s :
U was zoo gezellig bezig onze doopceel te lichten. Jensen:
Ja. Dat leek 'r even op. U begrijpt dat als 'n tus-schenliggend pand je bijzonder belang. . . .
M a t h ij s:
.... Inboezemt....
Jensen (altijd glimlachend) :
. . . .Inboezemt — dat je dan bij 't een of ander informatie-bureau....
Mathijs:
Ja, ja — ik heb Langeveld voor informaties — dikwijls héél, heel goed — maar ook dikwijls hoogst onbetrouwbaar, collega, 'k Ben 'r wel 'n dozijn keer ingevlogen!
Jensen (met nadruk) :
Wij — nooit.
M a t h ij s:
Da's boffen — u nooit?
Jensen:
Wij zelden. Wij informeeren — en dat is 'n methode, die 'k iedereen kan aanbevelen — meestal èn bij 'n handels-informatiebureau èn bij onzen