Schakels
Pancras
(nijdig) Stond de achterdeur open?
Toon
Nee, ouwe heer. Ik had voor alle sekuriteit de sleutel uit de keuken gehaald (snuivend) Wat muft ’t hier! - Hebben jullie bloemkool gegeten? (op de scherven trappend) En ’n ruzietje? Heeft toetje ü of heb u tóétje de suikerpot naar ’r bolletje gesmeten?
Pancras
Ik wou dat je je grapjes voor je hield. Ik ben niet in de stemming -Antoine Pallesoe!
Toon
Héél goed, ouwe heer...
Pancras
(driftig) En dat ge...ouwe-heer kan me ook gestolen worden.
Toon
Oh? O! Pa dan, pa... (verwonderd blazend) Een boterham met suiker en een... (glimlachend van Pancras naar Marianne kijkend) ... en een ringetje. Ik geloof dat ik hier te veel ben.
Pancras
(driftig met de hand de tafel beklappend) ... Te veel zijn je kwajon-gensopmerkingen! Pas verdomme op je woorden, -(kalm) Marianne en ik gaan volgende maand trouwen.
Toon
(paf) Daar ga ik even bij zitten.
Pancras
Jij, bent de eerste die ’t hoort. - Hou je mond, Marianne! (dreigend) En ik waarschuw je, als jij soms van plan bent...
Toon
“Ik” heb er niks tegen, ouwe heer - pa - pa. En is dat er vanavond zo ineens doorgekomen? Knus. Daar moeten we op drinken - pa - en ma.
Pancras
We drinken niks - we gaan naar bed.
Toon
Dat is ook heel gezellig. We hoeven ’t ook niet samen te doen. Geef mij een fles dan drink ik alleen.
59