Schakels

Herman Heijermans

Pancras

Over tien tellen gaat ’t licht uit. Goeienacht.

Toon

Nou valt u me op ’t lijf met nieuws dat me feestelijk stemt... (tot Marianne die heengaat) Nacht ma! - Nieuws dat ’n tiendubbele fuif waard is en er kan niet eens een drankje af.

Pancras

Ben je klaar? Er zit meer drank in je dan goed voor je is - Antoine Pallesoe! ... (hij draait het licht half neer)

Toon

Geef dan tenminste een sigaartje ouw heer - pa. Ik kan toch niet om tien uur me bed in.

Pancras

Je ziet er uit als ’n slappe vaatdoek van al je gezwabber. Het zal je goed doen ’ns vroeg naar bed te gaan. Schiet op!! (draait licht lager)

Toon

Nou vooruit dan maar. Dada. Ik zeg, dada. (af) (Pancras neemt de ring van Marianne’s bord, draait het licht uit. Af)

(Toon keert na ’n kort poosje met ’n kaars terug, neemt z’n tas_y en uit de kast ’n aangebroken fles en ’n glas, sluipt op het sigarenkastje toe -vindt het gesloten. Op het punt naar z’n kamer terug te gaan, tast hij in z’n zak, neemt z’n sleutelbos, probeert de sleutels op ’t kastje tot ’t hem gelukt. Rustig steekt hij wat sigaren bij zich, steekt er een op, ruikt aan de flesjes, neemt de paperassen in de handen, schrikt, gaat vlug op de deur toe, luistert, zet de kaars op tafel bekijkt grinnikend de fotografieën, begint te schudden van ’t lachen, vouwt de andere papieren open, slaat in verbazing de handen op de knieën.)

60