Herman Heijermans
Pancras
(driftig op en neer lopend) Zo. Zo. Zo! Ga jij je echte papieren ’ns halen!
Marianne
Wat voor papieren?
Pancras
Van jou en je zoon...
Marianne
Waarom?
Pancras
Om - om te zien - of ’t waar is. Vooruit! Vooruit nou! (Marianne af Hij staat in nadenken, neemt een étui uit zijn vestzak, legt een ring op Mariannefs bord, gaat voor het zijne zitten. Marianne keert terug, geeft hem zwijgend een pakje papieren)
Pancras
(kijkt ze grimmig in, staat op, sluit ze weg) Da’s goed voor morgen. Eet je boterham op.
Marianne
Nee, meneer. Ik ga naar boven.
Pancras
Eet af! (zij gaat in gedachten tegenover hem zitten) Wel verdomme, eet je of eet je niet? (zij eet werktuigelijk, ziet de ring, kijkt naar de grond) Nou? (zij beweegt niet) Doe je ’m niet aan? Hoe heet je zoon?
Marianne
Frans...
Pancras
Als Frans geen vader heeft, wordt ’t tijd, dat hij er een krijgt. Morgen zal ik de polis laten overschrijven... Ja! Ja! ... (zn hand over de tafel toestekend) Kom! -Jij hebt nog geen uur geluk in je leven gekend...
Marianne
Ik durf niet, meneer.
Pancras
Ik zal - ik zal verdomd goed voor je zijn. Marianne...
Toon
Hallo!
58