Duczika

Titel
Duczika

Jaar
1912

Druk
1926

Overig
4ed

Pagina's
315



'r scherp neusje, 'r rood-blond haar, 'r volle wangen en 'r wils-krachtigen mond met de verzorgd-witte tanden, waarnam, moest ze 'n goed, rustig, wat nerveus, maar toch vrindelijk en bereidvaardig ding zijn — en een, die zoo smoor-verliefd op den jongen met zn frisschen kop en de meisjeshanden was, dat ze om 't flauwste gezegde van 'm lachte, geen oog van 'm afliet, enkel met hèm zenuw-babbelde, en stil werd als-ie van Duczi notitie nam. En dat dee-ie natuurlijk, omdat-ie nog voor geen uur, toen ze samen achter op de electrische stonden, van z’n gek zijn met de nooit klagende, van ’s morgens vijf tot 's nachts een, twee piekerende, altijd geduldig-lachende en zich waanzinnig-opofferende Madonna-Duczi, die-ie zoo wanhopig-graag uit 'r hel zou hebben gehaald, gesproken had.

Buiten, op de plaats, was 't stiller geworden, nu de lichten op de trappen gedoofd en de huisdeuren gesloten werden. De meeste ramen waren donker en als 'r plots 'n ris gekleurde ruiten onder mekaar uit 't duister opfleurde, wist je dat iemand in 't „Vorderhaus” thuiskwam of nog 'n besogne te doen had.

„Mahlzeit, kinderen!” wenschte Erich, Laurie en Betty ridderlijk de hand kussend: „smijt eerst de vuile herrie van de tafel, dan trekken we de Mosel open!”

Eerst protesteerde Laurie tegen die kouwe drukte, maar omdat ze allemaal lust hadden even op te staan, en de tafel waarlijk 'n ruïne van doorweekte cartons, smerige borden, pereschillen, amandeldopjten, broodkruimels, asch, afgekloven beentjes, roestige vorken en messen was, en je in die broeiende warmte gezelliger voor 'n opgeruimden boel zat, begonnen de meisjes, terwijl mama, die zich in de slaapkamer van een van Duczi's kousen voorzien had — 'n bij uitstek excellente, doch wel wat late inval — en 't zich nu op de sofa makkelijk maakte, 't vaatwerk en den rommel naar de keuken te dragen.

„Zal 'k meehelpen?”, vroeg Poldi, omdat ook Erich met n zeldzame handigheid de vette borden op elkaar plakte, en wat 'm daarbij hinderde buiten 't vensterkozijn deponeerde.

„Nee, hou jij je r buiten”, zei Erich, en met de gillende, lachende, lawaai-schoppende meisjes, stommelde-ie de gang in.

„Is u weer heelemaal beter, meneer Röse?”, vroeg mama, die den jongen student met 't in zorg oud geworden acteursgelaat, erg „interessant” vond, en ze blies zware rookwolken van de sigaret die 'r niet smaakte, maar die ze sierlijk hanteerde, om 'r tanden te laten zien.

16

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition).
Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen.


Weergave
Afbeelding / Tekst (OCR)

Alle boeken in deze digitale bibliotheek kunt u gratis lezen of downloaden. Met een vrijwillige donatie helpt u ons met het in stand houden en verder uitbreiden van de bibliotheek. Klik hier als u een bijdrage wilt overmaken.