Van liefde en tanden (serie Heijermans' Camera)

Titel
Van liefde en tanden (serie Heijermans' Camera)

Jaar
1924

Overig
Heijermans' Camera

Pagina's
29



28

te onderhouen. De kraan van de waterleiding glom als ’n broche — ’fc fornuis, pas opgewreven met ’n stukkie schuurlinnen, zag ’r as nieuw uit, terwijl ’r pas visch op gebakken was — de glazen kast met de gisteravond uitgeknipte kranten leek op ’n uitstal-venster van de Nieuwendijk — je kon van de planken eten zoo kraak — en de kassies onder de aanrecht mocht je an iedereen laten kijken, zoo presies as de boenders, sponsen, zeemelappen en schuiers op d’r plaats leeën — ze had zóó gedacht dat mevrouw ’r ’n kompelement zou maken over d’r properheid, de schoone tegels en ’t koperwerk — en nou kreeg ze ineene op d’r falie voor ’n flekon, die zij niet angeraakt had...

Met de magere ellebogen op de verkleuming van ’t tafelzeil, 't ouwe-vrouwtjeshoofd in de handen, snikte ze an een stuk door. De tranen glibberden tusschen ’r botjes-vingers, die nog open waren van ’t schuren van de kachel — en toen ze niet meer huilen kon, hoe ze ook perste, kreunde ze ingehouden om zichzelf te blijven beklagen over de gemeenheid, de vuile streek, om hddr de schuld te geven van de smerige flesch met oddeur... Als zij an moeder zee, dat mefrouw ?t loog, dat ze ’r niet van wist, zou moeder ’t mensch-van-boven natuurlijk gelijk geven, had ze de eerste dagen geen leven, kreeg ze boterhammen met grauwen en snauwen, wier ze as oudste, waar de kleintjes bij waren, links en rechts om ’r ooren gemept... En as vader ’r partij trok, kreeg je krakeel dat de buren ’r an te pas kwamen...

Nog nastuipend van ’t snikken begon ze ’r werk weer en toen de electrische schel overging voor de koffie, schoorvoette ze de tiap op, ’r wijsvingertop op de tuit-opening om ’t morsen van den koffiepot op den looper tegen te houen — en binnen ordende ze de tafel met ’n natgegriend gezicht, niks vragend, bleu, bang voor ’n nieuwen feilen uitbrander bij ’n verkeerde beweging.

In ’r peignoir bij ’t raam las mevrouw de ochtendkrant, telkens over den gekartelden rand heen-loenzend, om op de onhandigheden van ’t ding, dat ’r in ’r katoentje en witte voorschort zoo hopeloos armoedig bleef uitzien, te letten.

Ze zat wrokkig over t’ schandaal-met-den-verdwenen-flacon te spinnen, zonder aandacht voor de nieuwtjes van geboorte en overlijden, tot Henk, frisch van de wintersche kou de kamer in-vroo-

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition).
Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen.


Weergave
Afbeelding / Tekst (OCR)

Alle boeken in deze digitale bibliotheek kunt u gratis lezen of downloaden. Met een vrijwillige donatie helpt u ons met het in stand houden en verder uitbreiden van de bibliotheek. Klik hier als u een bijdrage wilt overmaken.