Droomkoninkje

Titel
Droomkoninkje

Jaar
1924

Druk
1983

Overig
9ed 1983

Pagina's
258



- En toen begon Magdalena, gestoord in haar slaap, een keel op te zetten, of ze de drie indringers aan wilde vliegen.

En toen keken ze nog even in het keukentje, waar Piet hem goededag zei en legden een groot stuk papier neer en gingen de trap weer af en trokken de deur achter zich dicht.

‘Huil jij maar niet, zuster,’ suste het ventje. ‘Het was niks hoor. Ze benne alweer weg en hebben niks gemoerd. Wil jij nou wel es je mond houwen! Je mag niet ondeugend zijn. Zal ik je nog wat vertéllen? Hebbie al gehoord van Kleinduimpie? Wat is er dan, zussie? Hebbie pijn in je buikie? Wat is er dan, me kleine schat? Wat scheelt er aan, moeders kindje? Zal moeder je een lekker warm kruikie voor je kouwe pootje^ geven? Zal moeder dat, me schattekindje?’    I

Waarachtig, het kruikje was helemaal koud. Dat dorst hij rustig te vullen. Dat had hij al es tussen de dekentjes mogen leggen. Eerst het kraantje in de keuken opendraaien. Dan voorzichtig de lucifer, met je vingers uit de buurt en je ogen dicht. Pang, zeiden de blauwe vlammetjes. En nou de waterketel er op. Terwijl knoopte hij het wollen zakje, dat moeder zelf gebreid had, van het tinnen kruikje, dat hij ook wel eens in zijn bedje gekregen had, los, liet het lauwe water weglopen en erg tevreden met het spelletje, wachtte hij bij de aanrecht tot de ketel begon te zingen en het water rookwolkjes blies, als vaders pijp. Toen kneep hij keurig de gaskraan dicht, beurde de ketel van het stel - zwaar, hoor! - was me een vracht - en heet als het verroeste hengsel was! - en handig mikkend liet hij de dampende straal uit de tuit in de opening van het kruikje klukken tot het tjok was. Bezig met het opschroeven van het tinnen dekseltje, gebeurde het grote ongeluk. Want het kruikje, kwaadaardig heet, niet vast te houden, je vingertoppen schroeiend, buitelde als een tonnetje over het tafelzeil, en in angst achteruitstappend, betrapte hij de tuit van de op de grond staande, nog halfvolle ketel en het kokend water floepte in een bijtende, knauwende geul over het gezonde voetje. Ineens zat hij op de wasemende vloer, trok het been over zijn knie en begon in zijn eentje te huilen, omdat het zo gemeen gloeide en omdat hij bang

6 7

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition).
Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen.


Weergave
Afbeelding / Tekst (OCR)

Alle boeken in deze digitale bibliotheek kunt u gratis lezen of downloaden. Met een vrijwillige donatie helpt u ons met het in stand houden en verder uitbreiden van de bibliotheek. Klik hier als u een bijdrage wilt overmaken.