Droomkoninkje

Titel
Droomkoninkje

Jaar
1924

Druk
1983

Overig
9ed 1983

Pagina's
258



zal je je uur onthouwen!’

‘Wat moet u,’ vroeg de mevrouw en nu haar hoofd het zon-nevierkant doorstak, zag je eerst goed hoe de wortels van haar haar een andere kleur dan haar rosrode wrong hadden. ‘Wat schreeuwt u?’

‘Je most je ogen uit je kop schamen,’ daverde de stem van de mijnwerkersweduwe, ‘om op die kist met spijkers deuntjes te spelen en te galmen, als een inbreker zoveel centen bij je heb weggesleept! As ze mijn spaarduiten me huis uitdragen, draai ik me grammefoon in geen verrelj aar en as ik me overbuurman door de marechaussee na de kazerne laat sjouwen en huiszoeking in het bed van een zieke jongen laat doen, treiter ik met geen meziek voor me open raam! Je heb zeker zellef een strijkstok waaran je rotcente zijn blijven kleven.’

Bang voor het oploopje voor haar deur — één harde stem was voldoende, om mensen te laten stilstaan en een paar dozijn deuren open te spalken - sloot mevrouw het venster en de onder gordijnen schoven langs de koperen roeden onbeweeglijk dicht, maar nu tante eenmaal begonnen was, hield ze niet op. De meid, op de tweede verdieping, luisterde met een plumeau in haar ene en een doek in haar andere hand en de nieuwsgierige voorbijgangers moesten er het hunne van hebben.

‘As je een zuiver geweten heb,’ dreigde tante het aanne-mershuis, met een kluif van een vuist toe, ‘hoef je geen verstoppertje achter gordijnen te spelen! Horen doe je me tochl Rooie falen benne lamstralen, hebben ze mijn altijd geleerd. Ja, sjoffeur, u mag het weten, dat ze me zwager, die bij mijn in Heerlen was en zich liever zou verdoen as zijn poten an andermans goed te bevuilen, van diefstal bij hullie verdenken. Dat hebben we bij ons ook es gehad, dat een meid beticht wier en dat de juffrouw d’r ketting en d’r medaljon zélf na de uitdragers gebracht had! Daar speel ik geen Jankomkiedelme op een kist met spijkers bij. Laat mijn het van de daken schreeuwen, dat er hier een ver geef mese ju-dasstreek uit wordt gehaald. As ze d’r muziek bij fiedelen, hebben ze geen verlies en as ze geen verlies hebben, motten ze een fatsoenlijk gezin niet ongelukkig maken, wat zeit u?’ ‘Ik zou me in die warmte niet zo opblazen, ouwe juffrouw/ zei een aanspreker met een stapeltje kennisgevingen van

131

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition).
Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen.


Weergave
Afbeelding / Tekst (OCR)

Alle boeken in deze digitale bibliotheek kunt u gratis lezen of downloaden. Met een vrijwillige donatie helpt u ons met het in stand houden en verder uitbreiden van de bibliotheek. Klik hier als u een bijdrage wilt overmaken.