Sero. Is dat zoo schrikkelijk? Heb ik je nietgeleerd.dat iedre moordenaar ’n mènsch is, die met zieke oogen ziet? M’n Droomelot, m’n kind, m’n liefste dochter, kom tot jezelf! ’r Zijn geen spoken hier en niet hierbuiten en nergens op de wereld, waar dan ook!...
Droomelot. Ik heb geen uur geslapen...
Sero. Waarom, waarom dan, niet?
Droomelot Ik dacht aan jou — hoe door mijn schuld — mijn liegen dat ’k maar ééns bij moeder was...
Sero. Jij ben de schuld van niets. . Van niets, m’n kind... Als je daarom geen zeven nachten heb geslapen, doe dan vannacht gerust je moeie oogjes toe! En als ’t niet lukt, dan zet je ook je tafel en dat dikke boek hier onder — en we praten met ons tweeën duizend uit of jij ’n kleuter ben en ik ’n wijze man, die weet van alles, alles heeft, ha-ha-ha! (een stilte — zij staart gejaagd voor zich henen)
Lach je niet mee?... Is ’r wat anders nog?____
Heb je nog meer geheimen dan dat van moeder en dien eenen keer ?
Droomelot. De pater zegt...
Sero. De pater? Welke pater?
Droomelot. De pater die hier komt...
194