De moord in de trein

Titel
De moord in de trein

Jaar
1954

Pagina's
201



XIII.

EEN VOOR-LAATST HOOFDSTUK, WAARIN DE INSPECTEUR DER CENTRALE RECHERCHE DE GASTVRIJHEID SCHENDT, ZIJN VINGERS BRANDT, MET EEN ONHANDELBAAR COLLEGA KENNIS MAAKT; CONNIE VAN DE NOTARIS OP ROOMSOEZEN GETRAKTEERD WORDT EN ZELF EEN RONDJE GEEFT; EEN SCHEIKUNDIG EXPERT DE HYPOTHESEN VAN NATHAN MARIUS DUPORC OP OOK VOOR HEM VERRASSENDE WIJZE BEVESTIGT.

Met ’n bijna ziekelijke nieuwsgierigheid had de politiebeambte de mannelijke en vrouwelijke bedienden, allen onder de indruk van de moord en van ’t plotseling aflasten der voorbereidingen van ’t huwelijksfeest, zitten uithoren.

Er was ’n vrij aardige hoeveelheid chronique scanda-leuse tijdens ’t beklag los-gekomen — over Arthur Rondeel, die een vriendin in Bloemendaal, een vriendin in Amsterdam en een vriendin in Brussel moest hebben, ’t minst — over juffrouw Clotilde, die niets door de vingers pleegde te zien, met; de/ jonge Jones verloofd was, en met de secretaris van haar vader bij herhaling flirtte, ’t meest.

Naast de geest van de bankier met de Napoleon-III-kop, spookten de verhalen van de luxe-recepties bij ’t engagement, die uitgelaten komedievertoningen, onder leiding van Josephus Bok, met Clotilde, Kikker en Bok zelf in de hoofdrollen, door de kamer.

’r Werd bij dergelijke gelegenheden’n champagne gedronken, in zulke hoeveelheden, dat je ’r paf van was.

Voor zes weken, toen ’t grootste deel van de gasten al vertrokken was, had ’t iets gebroeid, was ’r ’n vinnige woordenwisseling tussen de verloofde en de secretaris geweest, waarbij de vader van de bruid en die van de bruidegom, als verstandige vredestichters hadden moeten optreden.

De jonge Jones was woest geweest om ’t gesar, van Jan. Kikker, die, als student in de klucht De Tante van Charley, Clotilde, die ’r als jong meisje allerliefst uit had gezien, overbodig dikwijls op ’t toneel had gekust, ’t Most in dit stuk, en de invité’s hadden ’r bij gebruld van ’t lachen, maar in de grond had ’t toch een tikje aanstoot gegeven, dat ’n bruid nog zo weinig serieus dee, en in ’t meespelen mieer plezier scheen te hebben, dan in ’t gezelschap van ’r aanstaande, die zich zat te verbijten.

Ik sta, dacht Nathan Marius, toen-ie ’t licht uit had gedraaid, oudergewoonte de browning onder z’n hoofd

154

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition).
Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen.


Weergave
Afbeelding / Tekst (OCR)

Alle boeken in deze digitale bibliotheek kunt u gratis lezen of downloaden. Met een vrijwillige donatie helpt u ons met het in stand houden en verder uitbreiden van de bibliotheek. Klik hier als u een bijdrage wilt overmaken.