De moord in de trein

Titel
De moord in de trein

Jaar
1954

Pagina's
201



De meneer, die ’m volgde, en op z’n huispantoffels meesloop, glimlachte om de inbeelding van de bezoeker.

Ook op de zolder, noch op de dienstbodekamer, noch op ’t afgeschoten rommel-gedeelte, was iets verdachts te bespeuren, ’n Luik boven de zolder was gegrendeld. Daar kon niemand zijn, want dan had die iemand de grendel aan de1 buitenzij moeten sluiten.

Duporc lei de vinger op z’n mond, omdat de heer des huizes wat wou zeggen.

Voorzichtig lichtte hij ’t luik omhoog, loerde, zag niets, t Was ’n diepe vliering over de hele breedte van de woning.

Aan de verlichte voorzij hing ’t touw van ’t ingeschoven hij sblok.

Achter, in ’t schemerdonker, lagen kisten en ouwe meubelen, ’n verteerd zonnescherm en paperassen, waaraan de ratten of muizen bezig waren geweest, want de planken waren bestrooid met ’t zemel-gepluis van doorvreten papier.

De op zulk ’n mysterieuze wijze in z’n beetje rust gestoorde jurist, die ’t welletjes vond — hij was verzot op Engelse detectives-stories, verslond die tot midden in de nacht met ’n even grote gretigheid als hij de Hans Thys-sens met natuurbeschrijving, analyse, enz. niet kon luchten, en nu achter de gestopte sokken van ’n „Hollandse” detective op de vlieringtrap staand, lachte-ie schamper om de man in geklede jas, die ’n parodie op spannende verhalen produceerde — de jurist had ’r genoeg van, sprang naar de zolder terug, en zei ongemakkelijk-hard op: „Doet u de grendel ’r maar weer voor, meneer. U ziet dat ’r geen levende ziel aanwezig is, of op die vliering

aanwezig kan zijn ”

Duporc trapte achteruit, om tot stilte te manen, en omdat-ie op deze1 minder-heuse wijze in de rug aangevallen werd, liet-ie van zijn kant de poese-gebaren in de steek, en één fel-levend moment, kreeg de heer-op-toffels, die zo mild was geweest de huisdeur voor ’m te ontsluiten, de indruk, dat Nathan Marius ’n aanval van acute krankzinnigheid doorstond.

De man, op de middel-tree van de' vlieringtrap, sprak plotseling met ’n bulderende kommando-stem:

„’k Heb uw advies niet gevraagd! Blijf op uw post! En jij, Van Zanten, sta niet te slapen! Door de dakpannen kan-ie niet weg! Opgepast! En bij ’t minste verzet schieten jullie ’m neer! Geen pardon!”

Op ’t punt naar beneden te vluchten, en de zolderdeur achter zich in ’t slot te smijten, bezon de heer des huizes zich, want de Inspecteur der Centrale Recherche, wenkte ’m toe, dat ’r waarlijk iets aan de hand! was, greep z’n

134

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition).
Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen.


Weergave
Afbeelding / Tekst (OCR)

Alle boeken in deze digitale bibliotheek kunt u gratis lezen of downloaden. Met een vrijwillige donatie helpt u ons met het in stand houden en verder uitbreiden van de bibliotheek. Klik hier als u een bijdrage wilt overmaken.