Joep's wonderlijke avonturen

Titel
Joep's wonderlijke avonturen

Jaar
1908

Druk
1934

Overig
2ed

Pagina's
235



Eieren van zeeegels, zeesterren, poliepen, kwallen, en zooveel meer, heb ’k gesplitst, en ’t ei larve zien worden, zonder de hulp der mannelijke kiem, meende ’k, meende ’k.... Tot ’k twijfelde.... Om duizend overwegingen twijfelde.... Nee, dat groote komt niet,nooit uit mijn handen —uitnièinand’s handen.... Maar ’n vreugde is ’t toch ’t levende op ’t levende te enten, zooals ’t me tusschen teleurstellingen door, gelukt is.... Heelemaal voor niets schijn ’k niet te hebben bestaan.... Hier, Pieter, kom van meneer z’n schouder af, jongen!....

De raaf-met-de-duive-oogen vloog van z’n zitje — en ’t bleef even stil. Buiten, in den tuin van ’t huis, tsjilpten de vogels — de blaren der planten, bij ’t raam, ritselden met rappe fluistergeluidjes — de klok tikte, langzaam, doodelijk langzaam, of ze bang was — en ’n verdwaalde bij, tegen ’t vensterglas op, ’n uitweg zoekend, zoemde met dalinkjes en heffinkjes, als ’n in slaap zakkend bestje.

Dat hóórde-ie nou nog enkel — hoorde-ie.... Misschien zou-ie ’t weer te zien krijgen — te zien in de volle warmte der zon, die-ie langs z’n handen en knieën voelde.... Misschien zou-ie den zonderlingen zoeker,

27

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition).
Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen.


Weergave
Afbeelding / Tekst (OCR)

Alle boeken in deze digitale bibliotheek kunt u gratis lezen of downloaden. Met een vrijwillige donatie helpt u ons met het in stand houden en verder uitbreiden van de bibliotheek. Klik hier als u een bijdrage wilt overmaken.