Angstig geheim achter het bed (serie Heijermans' Camera)

Titel
Angstig geheim achter het bed (serie Heijermans' Camera)

Jaar
1924

Overig
Heijermans' Camera

Pagina's
30



II

kloppend. „Da’s ingeslagen,” kreunde Christien lijkwit in de deur-opening en, op lijfsbehoud bedacht, liet ze, met uit ’r hoofd stuipachtig vluchtende oogballen, snel de Lancasters neer, en met ’n tweede gebaar van nou-bennen-we-gered, draaide ze ’t electrisch licht boven de tafel en in weergalooze verspilling naast den schoorsteenmantel, op. Buiten werd ’t ’n wolkbreuk, hoorde je ’t plassend water ’t asfaltpapier van den ren, de veranda en de kiezelpaden behagelen, leek ’t of de overborrelende goot ’t plaveisel met zweepslagen beknalde — binnen dronken ze thee, somber-zwarte, met veel melk ’r bij voor ’t kind, en pas toen de zon de Lancasters bekwijnde, dorst Do naar buiten kijken, naar de zij van den kippenren, waar de haan en de hoenders naarstig bezig waren de zijden flarden van ’t parasol-skelet, dat tegen ’t gaas ingebaleind lag, te beplukken.

Zonder dat Christien, die voor ’t middageten moest zorgen, ’t zag, had ze in den tuin met de geknakte bloemhoofden, ’t benepen propje foudraal opgeraapt en de verbogen baleinen, waaraan nog wat wimpeltjes roode zij halfstok hingen, in ’n oud Predikbeurtenblad verpakt, ’t Moest weg. Uit ’t gezicht. Ergens waar Moes ’t niet dadelijk vond. Ergens waar je ’t zoo kon verstoppen, dat, dat... En dan zou ze ’t vannacht of morgen vroeg, as ze bij vadie op den berg in ’t grootc bed mocht zitten, heel-zachies an z’n oor boven z’n dikken baard vertellen of-ie zoo lief zou willen wezen ’n nieuwe te koopen, want anders zou Mams nog harder huilen as toen hij na Engeland ging. Op ’r teenen de trap op sluipend, zoo langzaam as ze ’t nooit dee, liet ze ’t lang-slungelig pakket in de smalle ruimte achter ’r bedje glijden, tusschen de witte plank en den behangselmuur in. Daar had ze wel meer dingen opgeborgen, prentenboeken, flikjes, hopjes, poppe-kousen en ’n platten harlekijn. Zijn kon ’r met, ’r smalle handjes en ’r tengere polsjes bij. Dat was de plek voor de kleine geheimpjes, nou voor ’t groote, angstige. Ze had kunnen huilen. Ze was ’r ziek van. Aan tafel zat ze met ’n bedrukt gezichtje, smal, bleek, met kringen onder de oogen. Ze lette niet op de kleine beentjes in de opgewarmde soep, zooals Moes ’t gezegd had, ze dacht ’r niet an te blazen — ze liet ’r bord wegnemen,

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition).
Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen.


Weergave
Afbeelding / Tekst (OCR)

Alle boeken in deze digitale bibliotheek kunt u gratis lezen of downloaden. Met een vrijwillige donatie helpt u ons met het in stand houden en verder uitbreiden van de bibliotheek. Klik hier als u een bijdrage wilt overmaken.