De Machien

Titel
De Machien

Jaar
1899

Druk
1925

Pagina's
38



99

Jacob (driftig). Hoe wist*ie van Piet ?

Willem. Niet van mijn — niet van mijn !

Jacob. 't Kan me niks bommen, man ! Ga jij je gang. Je krijgt trappen voor dank éer je 't weet Da’s ’n opgelegde pandoer!

Kees. Nou — nou — nou ben je onbillijk, Jacob. Ik geloof 'm as-die 't zeit. Voor z'n lol is-die hier ook niet. Je mot niet overdrijven. Op zijn jaren vreet je genadebrood. God zal je d’r voor beware.

Willem. Als je ’t maar weet! Om mijn is ie niet verlegen.

Jacob. Juist d££rom klets je !

Willem. Dat lieg je ! Dat lieg je !

Jacob. Ik ken ’t bewijzen.

Gerrit. Heb jij de staking niet bedorven? Tel je dat, verdikkeme, nie mee?

Willem. Daar mot ’k genoeg van hooren.

Hein. Suscht!....


Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition).
Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen.


Weergave
Afbeelding / Tekst (OCR)

Alle boeken in deze digitale bibliotheek kunt u gratis lezen of downloaden. Met een vrijwillige donatie helpt u ons met het in stand houden en verder uitbreiden van de bibliotheek. Klik hier als u een bijdrage wilt overmaken.